Wachtlijsten in de ggz: wanneer grijpt de rechter in?

 14 juli 2017 | Blog

De brancheorganisatie GGZ Nederland neemt het initiatief om wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg terug te dringen. Er worden 'regionale taskforces' ingesteld, waarin de betrokken partijen samen proberen wachtlijsten weg te werken. Als dat werkt, is het fijn. Als het niet werkt, kan de rechter dan ingrijpen? Die vraag kan niet voor alle vormen van ggz gelijk beantwoord worden. De wijze waarop de 'aanspraak' is geregeld, blijkt relevant.

Het voordeel van natura
Wie draagt de juridische verantwoordelijkheid voor wachtlijsten in de ggz? De volwassenen-ggz wordt vooral vergoed door zorgverzekeraars. Daar maakt het veel uit of de patiënt een natura- of een restitutieverzekering heeft. De naturaverzekerde heeft namelijk tegenover zijn zorgverzekeraar recht op zorg. Dat betekent onder meer dat de zorgverzekeraar er verantwoordelijk voor is dat zijn naturaverzekerden tijdig de zorg krijgen die ze nodig hebben. De verzekerden kunnen dat zo nodig in kort geding afdwingen.

De restitutieverzekerde heeft tegenover zijn zorgverzekeraar recht op vergoeding van verleende zorg. Dit betekent dat de zorgverzekeraar strikt genomen geen verantwoordelijkheid draagt voor de zorg aan zijn restitutieverzekerden. Volgens de Zorgverzekeringswet hebben ook restitutieverzekerden recht op wachtlijstbemiddeling (artikel 11 lid 1 onder b), maar dat is iets anders dan een 'echt' recht op zorg. In tijden van schaarste is de naturaverzekerde dus juridisch gezien in het voordeel.

De verantwoordelijkheid van de gemeente
Uit de jeugd-ggz komen schrijnende verhalen. Zelfs suïcidale jongeren krijgen soms niet de zorg die nodig is. Voor deze zorg zijn sinds 2015 de gemeenten verantwoordelijk. De Jeugdwet voorziet niet langer in een recht op zorg, maar in een 'jeugdhulpplicht' van de gemeenten. Gemeenten kunnen een "zelfstandige afweging maken over welke voorziening precies moet worden getroffen", aldus de toelichting op de wet.

Dat suggereert een grote vrijheid voor gemeenten. De Centrale Raad van Beroep heeft deze vrijheid onlangs voor het eerst beperkt. Ik lees in de uitspraak een aanwijzing dat gemeenten jongeren niet mogen afhouden van zorg die naar het oordeel van ter zake deskundige professionals nodig is. Dat zou betekenen dat jongeren een recht op zorg hebben, net als naturaverzekerden in de zorgverzekering. En dat recht kan bij de rechter worden afgedwongen.

Recht op leven
In de ernstigste gevallen vraag ik mij af of het 'recht op leven' van jongeren niet in het geding is. Dit recht wordt beschermd door artikel 2 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Deze bepaling verbiedt overheden burgers van het leven te beroven. Ook verplicht het EVRM overheden om het leven van burgers actief te beschermen. Het Europese Hof heeft het afgelopen jaar geoordeeld dat Turkije artikel 2 schond door de zorg voor pasgeborenen in Izmir niet goed te organiseren. Ook schond Portugal artikel 2 doordat een suïcidale patiënt in een kliniek niet goed in de gaten werd gehouden.

Is het tegen deze achtergrond toelaatbaar als Nederlandse gemeenten verzuimen zorg te bieden aan levensbedreigend psychisch zieke jongeren? Voor deze jongeren lijkt me de tijd van polderen voorbij. 

Juridisch advies of meer informatie?

Heeft u vragen naar aanleiding van dit blog? Neem dan contact op met Joris Rijken. 

Dit blog maakt onderdeel uit van de Nieuwsbrief Zorg.

De brancheorganisatie GGZ Nederland neemt het initiatief om wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg terug te dringen. Er worden 'regionale taskforces' ingesteld, waarin de betrokken partijen samen proberen wachtlijsten weg te werken. Als dat werkt, is het fijn. Als het niet werkt, kan de rechter dan ingrijpen? Die vraag kan niet voor alle vormen van ggz gelijk beantwoord worden. De wijze waarop de 'aanspraak' is geregeld, blijkt relevant.

Het voordeel van natura
Wie draagt de juridische verantwoordelijkheid voor wachtlijsten in de ggz? De volwassenen-ggz wordt vooral vergoed door zorgverzekeraars. Daar maakt het veel uit of de patiënt een natura- of een restitutieverzekering heeft. De naturaverzekerde heeft namelijk tegenover zijn zorgverzekeraar recht op zorg. Dat betekent onder meer dat de zorgverzekeraar er verantwoordelijk voor is dat zijn naturaverzekerden tijdig de zorg krijgen die ze nodig hebben. De verzekerden kunnen dat zo nodig in kort geding afdwingen.

De restitutieverzekerde heeft tegenover zijn zorgverzekeraar recht op vergoeding van verleende zorg. Dit betekent dat de zorgverzekeraar strikt genomen geen verantwoordelijkheid draagt voor de zorg aan zijn restitutieverzekerden. Volgens de Zorgverzekeringswet hebben ook restitutieverzekerden recht op wachtlijstbemiddeling (artikel 11 lid 1 onder b), maar dat is iets anders dan een 'echt' recht op zorg. In tijden van schaarste is de naturaverzekerde dus juridisch gezien in het voordeel.

De verantwoordelijkheid van de gemeente
Uit de jeugd-ggz komen schrijnende verhalen. Zelfs suïcidale jongeren krijgen soms niet de zorg die nodig is. Voor deze zorg zijn sinds 2015 de gemeenten verantwoordelijk. De Jeugdwet voorziet niet langer in een recht op zorg, maar in een 'jeugdhulpplicht' van de gemeenten. Gemeenten kunnen een "zelfstandige afweging maken over welke voorziening precies moet worden getroffen", aldus de toelichting op de wet.

Dat suggereert een grote vrijheid voor gemeenten. De Centrale Raad van Beroep heeft deze vrijheid onlangs voor het eerst beperkt. Ik lees in de uitspraak een aanwijzing dat gemeenten jongeren niet mogen afhouden van zorg die naar het oordeel van ter zake deskundige professionals nodig is. Dat zou betekenen dat jongeren een recht op zorg hebben, net als naturaverzekerden in de zorgverzekering. En dat recht kan bij de rechter worden afgedwongen.

Recht op leven
In de ernstigste gevallen vraag ik mij af of het 'recht op leven' van jongeren niet in het geding is. Dit recht wordt beschermd door artikel 2 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Deze bepaling verbiedt overheden burgers van het leven te beroven. Ook verplicht het EVRM overheden om het leven van burgers actief te beschermen. Het Europese Hof heeft het afgelopen jaar geoordeeld dat Turkije artikel 2 schond door de zorg voor pasgeborenen in Izmir niet goed te organiseren. Ook schond Portugal artikel 2 doordat een suïcidale patiënt in een kliniek niet goed in de gaten werd gehouden.

Is het tegen deze achtergrond toelaatbaar als Nederlandse gemeenten verzuimen zorg te bieden aan levensbedreigend psychisch zieke jongeren? Voor deze jongeren lijkt me de tijd van polderen voorbij. 

Juridisch advies of meer informatie?

Heeft u vragen naar aanleiding van dit blog? Neem dan contact op met Joris Rijken. 

Dit blog maakt onderdeel uit van de Nieuwsbrief Zorg.