Domeinoverstijgend samenwerken: kan dat wel?

25 april 2022 | Blog

Het thema van de jaarvergadering van de Vereniging van Gezondheidsrecht op 8 april 2022 was ‘Samenwerken in een complex zorgveld’. In maart 2022 publiceerde de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) bovendien het advies Grenzeloos samenwerken?, over de problemen bij domeinoverstijgende samenwerking tussen zorgaanbieders in de Zvw, de Wlz en het sociaal domein. Reden voor ons om in dit blog de aandacht te besteden aan samenwerken in de zorg.

De noodzaak van samenwerken

Niemand betwist dat goede samenwerking een belangrijke bijdrage kan leveren aan de verdere verbetering van de zorg in Nederland. Het personeelstekort in de zorg kan door samenwerking tussen zorgaanbieders beter worden opgevangen. Patiënten die zorg van meerdere zorgaanbieders krijgen, zijn gebaat bij een goede coördinatie van die zorg. Dat spreekt voor zich. Niettemin komt samenwerking in de zorg soms moeizaam tot stand.

Daar zijn tal van redenen voor te geven, en de RVS zoomt in bovengenoemd advies in op de problemen die ontstaan bij domeinoverstijgende samenwerking. Daarvan is sprake als zorgaanbieders die bekostigd worden uit verschillende bronnen samenwerken. De RVS identificeert een aantal problemen.

Wat zijn de problemen bij domeinoverstijgende samenwerking volgens de RVS?

In de eerste plaats is er naar de waarneming van de RVS geen eigenaarschap. Zorgaanbieders zijn over het algemeen goed in het beantwoorden van specifieke zorgvragen, maar niet goed in het bieden van integrale zorg aan een persoon. Er is echter een grote groep burgers met zorgvragen die zich in verschillende domeinen begeven. Ons stelsel van bekostiging (en van het zorgaanbod) is daar niet op ingericht. Sterker nog, met de stelselwijziging van 2015 is er eerder sprake van een fragmentering van het zorgaanbod.

In de tweede plaats is er geen prikkel om dure zorg te voorkomen. Dit wordt ook wel het wrong pocket-probleem genoemd. De gemeente die zich inspant om een persoon uit de Zvw of Wlz-zorg te houden, levert een bijdrage aan het terugdringen van de collectieve lasten, maar betaalt daar zelf een prijs voor in de vorm van hogere Wmo-uitgaven. Zij krijgt daar niets voor terug. Dat is geen uniek Nederlands probleem, zo blijkt uit internationaal vergelijkend onderzoek. Wel heeft Nederland het zichzelf net wat moeilijker gemaakt met een privaatrechtelijk verzekeringsstelsel (Zvw) naast publiekrechtelijke arrangementen (Wlz en Wmo).

In de derde plaats benoemt de RVS dat bij samenwerking veel ‘liefdewerk oud papier’ komt kijken. Veel inspanningen om iets tot stand te brengen leveren niets op en komen ten laste van de eigen tijd van de zorgprofessionals. Als de samenwerking dan vervolgens niet succesvol blijkt, raken medewerkers gedesillusioneerd.

Zijn er (makkelijke) oplossingen om de problemen bij domeinoverstijgende samenwerking weg te nemen?

Wij denken dat de belangrijkste hindernis voor samenwerking wordt gevormd door de bekostiging uit verschillende bronnen. De bekostigingsvormen verschillen tussen domeinen, maar ook binnen domeinen.

De RVS adviseert nog niet om het stelsel te wijzigen om die belemmering op te lossen. Door de stelselgrenzen poreuzer te maken, te versoepelen waar dat kan, hoopt de RVS op korte termijn enige vooruitgang te kunnen boeken. De RVS noemt grens- of overbruggingsbudgetten als voorbeeld. Daarin brengen de zorgverzekeraars, de zorgkantoren en de gemeente geld bij elkaar in één pot. Dat maakt het mogelijk om gelijk te beginnen met het verlenen van zorg, en in een later stadium vast te stellen uit welke pot deze bekostigd moet worden en te verrekenen. Hiermee wordt de toegang voor de burger tot zorg verbeterd, maar of het de samenwerking bevordert is niet op voorhand duidelijk.

De RVS suggereert één ‘mini stelselwijziging’: breng de zorg voor een bepaalde doelgroep geheel binnen één stelsel. Zorgaanbieders die voor deze doelgroep werken, hebben dan niet meer te maken met verschillende bekostigingsregimes. De inkoper van zorg kan dan op samenwerking sturen, aldus de RVS.

De thuiswonende, kwetsbare oudere zou hiervoor als eerste in aanmerking komen. In welk domein moet deze groep landen? De Commissie Toekomst zorg thuiswonende ouderen adviseerde de Zvw en Wmo, Zorgkeuzes in Kaart wees naar de Wlz. Ook personen met een ernstige psychiatrische aandoening zouden in aanmerking komen voor de doelgroepenbenadering.

Tot slot

De RVS vindt het opmerkelijk dat substitutie en preventie weliswaar met de mond beleden doelen zijn, maar dat er toch weinig echte meters gemaakt worden. Dit advies van de RVS gaat naar mijn mening ook geen stroomversnelling opleveren. Een fundamentele discussie over de stelsels van zorg en ondersteuning zijn volgens de RVS onvermijdelijk. De RVS zal daar in een komend advies over de toekomst van de zorg aandacht aan besteden. Zo blijft de pendule in beweging.

Meld u aan voor onze nieuwsbrieven