Gebiedsgericht samenwerken heeft de toekomst

 3 mei 2021 | Publicatie

Gebiedsgerichte samenwerking heeft de toekomst en dient daarom een belangrijke rol te spelen in de kabinetsformatie, aldus de VNG, Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg. Om die visie kracht bij te zetten, hebben de VNG, UvW en het IPO op 8 april jl. het pamflet “Krachtig groen herstel van Nederland” aangeboden aan de informateur, Herman Tjeenk Willink. Uit dit pamflet volgt dat de huidige opgaven op het gebied van wonen & leefomgeving, de regionale economie en klimaat & energie om nieuwe en daadkrachtige samenwerkingsvormen vragen. Het pamflet bevat de randvoorwaarden voor nieuwe samenwerkingsvormen.

Gebiedsgerichte opgaven staan centraal

In het pamflet staan de opgaven waar overheden voor staan, centraal. Op het gebied van wonen & leefomgeving, de regionale economie en klimaat & energie dient bij voorkeur te worden samengewerkt als één overheid. Om dat doel te bereiken, dienen er afspraken te worden gemaakt met het Rijk over taakverdeling, mandaat, verantwoordelijkheden, escalatiemogelijkheden en democratische verantwoording. Het behouden van sterke regio’s staat in het voorstel evenwel centraal.

Exit gemeenschappelijke regeling?

Hoe de samenwerking voor de voornoemde opgaven exact moet worden vormgegeven, laten de VNG, IPO en UvW nog open. Als randvoorwaarde stellen zij in ieder geval wel dat er een eigentijdse regeling moet worden ontworpen die het mogelijk maakt dat ook niet-overheidspartijen kunnen gaan participeren in de regeling. Of de VNG, UvW en het IPO daarmee doelen op een nieuwe variant van publiekrechtelijke samenwerking en/of een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen is helaas nog niet duidelijk. Duidelijk is wel dat participatie van niet-overheidspartijen op grond van de huidige Wet gemeenschappelijke regelingen niet zomaar mogelijk is. Artikel 93 sub b van de Wgr vereist voor de deelname van één of meer privaatrechtelijke rechtspersonen namelijk dat het bestuur van de privaatrechtelijke rechtspersoon daartoe bij koninklijk besluit moet zijn gemachtigd. Een vrij omslachtige procedure dus.

Hoe nu verder?

Het idee van gebiedsgerichte samenwerking omarmen wij. Samenwerking vormt immers hét middel bij uitstek om gemeentegrens overstijgende opgaven daadkrachtig aan te pakken. Uiteraard zijn wij wel benieuwd naar de exacte vormgeving die de VNG, UvW en het IPO voor ogen hebben. Als de strategie van de VNG, UvW en het IPO slaagt, zal het voorstel tot gebiedsgericht samenwerken inzet worden van de kabinetsformatie. De planvorming wordt – als het goed is – dus vervolgd.

Gebiedsgerichte samenwerking heeft de toekomst en dient daarom een belangrijke rol te spelen in de kabinetsformatie, aldus de VNG, Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg. Om die visie kracht bij te zetten, hebben de VNG, UvW en het IPO op 8 april jl. het pamflet “Krachtig groen herstel van Nederland” aangeboden aan de informateur, Herman Tjeenk Willink. Uit dit pamflet volgt dat de huidige opgaven op het gebied van wonen & leefomgeving, de regionale economie en klimaat & energie om nieuwe en daadkrachtige samenwerkingsvormen vragen. Het pamflet bevat de randvoorwaarden voor nieuwe samenwerkingsvormen.

Gebiedsgerichte opgaven staan centraal

In het pamflet staan de opgaven waar overheden voor staan, centraal. Op het gebied van wonen & leefomgeving, de regionale economie en klimaat & energie dient bij voorkeur te worden samengewerkt als één overheid. Om dat doel te bereiken, dienen er afspraken te worden gemaakt met het Rijk over taakverdeling, mandaat, verantwoordelijkheden, escalatiemogelijkheden en democratische verantwoording. Het behouden van sterke regio’s staat in het voorstel evenwel centraal.

Exit gemeenschappelijke regeling?

Hoe de samenwerking voor de voornoemde opgaven exact moet worden vormgegeven, laten de VNG, IPO en UvW nog open. Als randvoorwaarde stellen zij in ieder geval wel dat er een eigentijdse regeling moet worden ontworpen die het mogelijk maakt dat ook niet-overheidspartijen kunnen gaan participeren in de regeling. Of de VNG, UvW en het IPO daarmee doelen op een nieuwe variant van publiekrechtelijke samenwerking en/of een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen is helaas nog niet duidelijk. Duidelijk is wel dat participatie van niet-overheidspartijen op grond van de huidige Wet gemeenschappelijke regelingen niet zomaar mogelijk is. Artikel 93 sub b van de Wgr vereist voor de deelname van één of meer privaatrechtelijke rechtspersonen namelijk dat het bestuur van de privaatrechtelijke rechtspersoon daartoe bij koninklijk besluit moet zijn gemachtigd. Een vrij omslachtige procedure dus.

Hoe nu verder?

Het idee van gebiedsgerichte samenwerking omarmen wij. Samenwerking vormt immers hét middel bij uitstek om gemeentegrens overstijgende opgaven daadkrachtig aan te pakken. Uiteraard zijn wij wel benieuwd naar de exacte vormgeving die de VNG, UvW en het IPO voor ogen hebben. Als de strategie van de VNG, UvW en het IPO slaagt, zal het voorstel tot gebiedsgericht samenwerken inzet worden van de kabinetsformatie. De planvorming wordt – als het goed is – dus vervolgd.

Gerelateerde expertises