Organisaties die sociale en andere specifieke diensten (zoals diensten voor gezondheidszorg, diensten op het gebied van onderwijs en postdiensten) aanbesteden kunnen kiezen voor een 'lichte' aanbestedingsprocedure. De regels die gelden voor deze 'lichte' aanbestedingsprocedure leiden tot vragen bij aanbestedende diensten. Hoeveel vrijheid is er bij het inrichten van deze procedure voor sociale en andere specifieke diensten? En is een meervoudig onderhandse procedure geschikt voor een opdracht voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven het toepasselijke drempelbedrag?
De procedure voor sociale en andere specifieke diensten
De per 1 juli 2016 herziene Aanbestedingswet 2012 introduceert voor de diensten die onder bijlage XIV van richtlijn 2014/24/EU en bijlage XVII van richtlijn 2014/15/EU vallen ('de sociale en andere specifieke diensten') een apart aanbestedingsregime. Dit lichte regime is van toepassing op overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven 750.000,- (voor speciale sectoropdrachten: 1.000.000,-).
De stappen voor de procedure voor sociale en andere specifieke diensten zijn in artikel 2.39 Aanbestedingswet 2012 vastgelegd met een verwijzing naar de paragrafen en afdelingen van de Aanbestedingswet 2012 die ook van toepassing zijn. De voorgeschreven procedure vereist een (voor)aankondiging van de opdracht. Vervolgens dient de aanbestedende dienst de inschrijvingen te toetsen aan de gestelde technische specificaties, eisen en normen. De aanbestedende dienst maakt een proces-verbaal van de opdrachtverlening, sluit de overeenkomst en maakt de aankondiging van de gegunde opdracht bekend. Dit betreffen de vereiste stappen die zijn gesteld aan de aanbestedingsprocedure voor sociale en andere specifieke diensten. Met inachtneming van de Aanbestedingelijke beginselen lijkt het doorlopen van aanvullende stappen door de aanbestedende dienst mogelijk. Zo zou als stap ook een preselectie van geschikte partijen kunnen plaatsvinden of zouden onderhandelingen kunnen worden gevoerd met de deelnemende partijen. Indien dit op voorhand in de aanbestedingstukken kenbaar is gemaakt, lijkt dit toelaatbaar in het kader van de procedure voor sociale en andere specifieke diensten.
Meervoudig onderhandse procedure: een optie?
Bij overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten boven de drempelwaarde staat de aanbestedende dienst voor een keuze bij de toe te passen procedure. De aanbestedende dienst kan een procedure voor sociale en andere specifieke diensten inrichten die voldoet aan de eisen zoals opgenomen in artikel 2.39. Daarnaast kan de aanbestedende dienst kiezen voor een van de algemene procedures, zoals de openbare procedure, niet-openbare procedure, procedure van de concurrentiegerichte dialoog, mededingingsprocedure met onderhandeling of procedure van het innovatiepartnerschap.
Een veel gestelde vraag is of de meervoudig onderhandse procedure (of: de onderhandelingsprocedure zonder aankondiging) ook kan worden toegepast voor bovendrempelige opdrachten voor sociale en andere specifieke diensten. Afgelopen jaar zijn verschillende aankondigingen van opdrachten voor sociale en andere specifieke diensten gepubliceerd waarbij een meervoudig onderhandse procedure wordt gevolgd.
Vanuit de gedachte om het vrij verkeer tussen goederen, diensten en kapitaal te bevorderen zijn de aanbestedingsregels opgesteld. Om die reden is voor overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten boven de 750.000 een publicatie van een (voor)aankondiging is vereist. Geïnteresseerde marktpartijen kunnen door de publicatie van een (voor)aankondiging hun interesse in de overheidsopdracht kenbaar maken. De aanbestedende dienst dient vervolgens de geïnteresseerde marktpartijen die hun belangstelling kenbaar hebben gemaakt op gelijke en transparante wijze te behandelen en tussen deze geïnteresseerde marktpartijen een keuze te maken door middel van een transparante procedure.
Een meervoudig onderhandse procedure is ons inziens in dat licht niet toepasbaar bij een bovendrempelige overheidsopdracht voor sociale en andere specifieke diensten. Kenmerk van een meervoudig onderhandse procedure is dat geen sprake is van een (voor)aankondiging. De aanbestedende dienst kiest op basis van objectieve redenen voor de ondernemers die zij voor deze procedure wil uitnodigen. De beginselen van gelijke behandeling en transparantie zien slechts op de ondernemers die zijn uitgenodigd om een inschrijving te doen. Aangezien de procedure voor sociale en andere specifieke diensten een (voor)aankondiging vereist is de meervoudig onderhandse procedure onzes inziens niet toepasbaar voor een overheidsopdracht voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven de drempel.
Keuzestress?
Een meervoudig onderhandse procedure kan uiteraard wel een geschikte procedure zijn voor opdrachten met een waarde onder 750.000 en zonder duidelijk grensoverschrijdend belang. In ieder geval dient de aanbestedende dienst de wijze waarop hij de overeenkomst tot stand wil brengen op objectieve criteria te baseren, onder andere rekening houdende met de administratieve lasten, de omvang van de opdracht en het karakter van de markt.
Dit blog is onderdeel van de nieuwsbrief Update voor Overheden.
Organisaties die sociale en andere specifieke diensten (zoals diensten voor gezondheidszorg, diensten op het gebied van onderwijs en postdiensten) aanbesteden kunnen kiezen voor een 'lichte' aanbestedingsprocedure. De regels die gelden voor deze 'lichte' aanbestedingsprocedure leiden tot vragen bij aanbestedende diensten. Hoeveel vrijheid is er bij het inrichten van deze procedure voor sociale en andere specifieke diensten? En is een meervoudig onderhandse procedure geschikt voor een opdracht voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven het toepasselijke drempelbedrag?
De procedure voor sociale en andere specifieke diensten
De per 1 juli 2016 herziene Aanbestedingswet 2012 introduceert voor de diensten die onder bijlage XIV van richtlijn 2014/24/EU en bijlage XVII van richtlijn 2014/15/EU vallen ('de sociale en andere specifieke diensten') een apart aanbestedingsregime. Dit lichte regime is van toepassing op overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven 750.000,- (voor speciale sectoropdrachten: 1.000.000,-).
De stappen voor de procedure voor sociale en andere specifieke diensten zijn in artikel 2.39 Aanbestedingswet 2012 vastgelegd met een verwijzing naar de paragrafen en afdelingen van de Aanbestedingswet 2012 die ook van toepassing zijn. De voorgeschreven procedure vereist een (voor)aankondiging van de opdracht. Vervolgens dient de aanbestedende dienst de inschrijvingen te toetsen aan de gestelde technische specificaties, eisen en normen. De aanbestedende dienst maakt een proces-verbaal van de opdrachtverlening, sluit de overeenkomst en maakt de aankondiging van de gegunde opdracht bekend. Dit betreffen de vereiste stappen die zijn gesteld aan de aanbestedingsprocedure voor sociale en andere specifieke diensten. Met inachtneming van de Aanbestedingelijke beginselen lijkt het doorlopen van aanvullende stappen door de aanbestedende dienst mogelijk. Zo zou als stap ook een preselectie van geschikte partijen kunnen plaatsvinden of zouden onderhandelingen kunnen worden gevoerd met de deelnemende partijen. Indien dit op voorhand in de aanbestedingstukken kenbaar is gemaakt, lijkt dit toelaatbaar in het kader van de procedure voor sociale en andere specifieke diensten.
Meervoudig onderhandse procedure: een optie?
Bij overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten boven de drempelwaarde staat de aanbestedende dienst voor een keuze bij de toe te passen procedure. De aanbestedende dienst kan een procedure voor sociale en andere specifieke diensten inrichten die voldoet aan de eisen zoals opgenomen in artikel 2.39. Daarnaast kan de aanbestedende dienst kiezen voor een van de algemene procedures, zoals de openbare procedure, niet-openbare procedure, procedure van de concurrentiegerichte dialoog, mededingingsprocedure met onderhandeling of procedure van het innovatiepartnerschap.
Een veel gestelde vraag is of de meervoudig onderhandse procedure (of: de onderhandelingsprocedure zonder aankondiging) ook kan worden toegepast voor bovendrempelige opdrachten voor sociale en andere specifieke diensten. Afgelopen jaar zijn verschillende aankondigingen van opdrachten voor sociale en andere specifieke diensten gepubliceerd waarbij een meervoudig onderhandse procedure wordt gevolgd.
Vanuit de gedachte om het vrij verkeer tussen goederen, diensten en kapitaal te bevorderen zijn de aanbestedingsregels opgesteld. Om die reden is voor overheidsopdrachten voor sociale en andere specifieke diensten boven de 750.000 een publicatie van een (voor)aankondiging is vereist. Geïnteresseerde marktpartijen kunnen door de publicatie van een (voor)aankondiging hun interesse in de overheidsopdracht kenbaar maken. De aanbestedende dienst dient vervolgens de geïnteresseerde marktpartijen die hun belangstelling kenbaar hebben gemaakt op gelijke en transparante wijze te behandelen en tussen deze geïnteresseerde marktpartijen een keuze te maken door middel van een transparante procedure.
Een meervoudig onderhandse procedure is ons inziens in dat licht niet toepasbaar bij een bovendrempelige overheidsopdracht voor sociale en andere specifieke diensten. Kenmerk van een meervoudig onderhandse procedure is dat geen sprake is van een (voor)aankondiging. De aanbestedende dienst kiest op basis van objectieve redenen voor de ondernemers die zij voor deze procedure wil uitnodigen. De beginselen van gelijke behandeling en transparantie zien slechts op de ondernemers die zijn uitgenodigd om een inschrijving te doen. Aangezien de procedure voor sociale en andere specifieke diensten een (voor)aankondiging vereist is de meervoudig onderhandse procedure onzes inziens niet toepasbaar voor een overheidsopdracht voor sociale en andere specifieke diensten met een waarde boven de drempel.
Keuzestress?
Een meervoudig onderhandse procedure kan uiteraard wel een geschikte procedure zijn voor opdrachten met een waarde onder 750.000 en zonder duidelijk grensoverschrijdend belang. In ieder geval dient de aanbestedende dienst de wijze waarop hij de overeenkomst tot stand wil brengen op objectieve criteria te baseren, onder andere rekening houdende met de administratieve lasten, de omvang van de opdracht en het karakter van de markt.
Dit blog is onderdeel van de nieuwsbrief Update voor Overheden.