NZa en IGZ grijpen in bij belangenverstrengeling

 7 november 2016 | Blog

Recent hebben de NZA en IGZ ingegrepen bij Zorggroep Alliade vanwege een schijn van belangenverstrengeling. De Zorggroep had overeenkomsten gesloten met een privé onderneming van twee directeuren van Alliade. Na onderzoek bleek dat deze onderneming geen voordeel had gehad van deze samenwerking. De voorwaarden waren marktconform. Toch hebben de NZA en IGZ ingegrepen. Een organisatie met een publieke taak mag niet de schijn van belangenverstrengeling hebben. Alliade moet daarom maatregelen nemen om de schijn van belangenverstrengeling weg te nemen en in de toekomst te voorkomen.

Belangenverstrengeling en de wet
Bij een belangenverstrengeling kan de wetgeving omtrent tegenstrijdig belang vanzelfsprekend een rol spelen. Tegenstrijdig belang is een strenger criterium dan de schijn van belangenverstrengeling. Van een tegenstrijdig belang is sprake als een persoonlijk belang van de bestuurder tegenstrijdig is met het belang van de rechtspersoon en dat dit zodanig van invloed kan zijn op de besluitvorming van de betrokken bestuurder dat hij zich niet in staat had mogen achten het belang van de rechtspersoon met de vereiste integriteit en objectiviteit te behartigen. Als een bestuurder of commissaris van een BV of NV een tegenstrijdig belang heeft, dan moet hij zich onthouden van de besluitvorming. De wetgever wil de nu alleen voor BV's en NV's geldende wetgeving in gaan voeren voor alle rechtspersonen, dus ook voor stichtingen.

Belangenverstrengeling en de Governancecode
Uit de Zorgbrede Governancecode 2010 volgt dat elke vorm en elke schijn van persoonlijke bevoordeling of belangenverstrengeling tussen bestuurders en een zorgorganisatie moet worden vermeden. Besluiten tot het aangaan van transacties waarbij tegenstrijdige belangen van leden van de raad van commissarissen spelen die van materiele betekenis zijn voor de zorgorganisatie en/of voor de betreffende toezichthouders, behoeven de goedkeuring van de raad van toezicht. In de consultatieversie voor de nieuwe Zorgbrede Governancecode is het artikel voor de belangenverstrengeling uitgebreid. Het uitgangspunt blijft dat elke vorm of schijn van belangenverstrengeling vermeden moet worden. Dit omdat de schijn van belangenverstrengeling de betreffende persoon en zijn collegae in hun functioneren belemmert en schade kan veroorzaken voor de zorgorganisatie, een belanghebbende of de maatschappij. In de reglementen van de raad van bestuur en raad van toezicht moet worden vastgelegd hoe met (de schijn van) belangenverstrengeling wordt omgegaan. Een bestuurder of toezichthouder moet elke vorm en schijn van belangenverstrengeling terstond melden. Ook moet het bestuur beleid ontwikkelen voor de mogelijke belangenverstrengeling van professionals, managers en medewerkers. Het bestuur ziet er op toe dat dit beleid wordt gehandhaafd en dat (vermoeden van) belangenverstrengeling bij het bestuur wordt gemeld en door het bestuur wordt beoordeeld.

Het onderwerp 'mogelijke belangenverstrengeling' verdient de nodige aandacht. De kwestie bij zorggroep Alliade leert dat NZa en IGZ hier streng toezicht op houden. Ons advies aan u is daarom bij een mogelijke belangenverstrengeling: 'bij twijfel, niet inhalen'.

Juridisch advies, bijstand van een advocaat of meer informatie?
Heeft u vragen over mogelijke belangenverstrengeling? Neem dan contact op met Eelkje van de Kuilen. 

Recent hebben de NZA en IGZ ingegrepen bij Zorggroep Alliade vanwege een schijn van belangenverstrengeling. De Zorggroep had overeenkomsten gesloten met een privé onderneming van twee directeuren van Alliade. Na onderzoek bleek dat deze onderneming geen voordeel had gehad van deze samenwerking. De voorwaarden waren marktconform. Toch hebben de NZA en IGZ ingegrepen. Een organisatie met een publieke taak mag niet de schijn van belangenverstrengeling hebben. Alliade moet daarom maatregelen nemen om de schijn van belangenverstrengeling weg te nemen en in de toekomst te voorkomen.

Belangenverstrengeling en de wet
Bij een belangenverstrengeling kan de wetgeving omtrent tegenstrijdig belang vanzelfsprekend een rol spelen. Tegenstrijdig belang is een strenger criterium dan de schijn van belangenverstrengeling. Van een tegenstrijdig belang is sprake als een persoonlijk belang van de bestuurder tegenstrijdig is met het belang van de rechtspersoon en dat dit zodanig van invloed kan zijn op de besluitvorming van de betrokken bestuurder dat hij zich niet in staat had mogen achten het belang van de rechtspersoon met de vereiste integriteit en objectiviteit te behartigen. Als een bestuurder of commissaris van een BV of NV een tegenstrijdig belang heeft, dan moet hij zich onthouden van de besluitvorming. De wetgever wil de nu alleen voor BV's en NV's geldende wetgeving in gaan voeren voor alle rechtspersonen, dus ook voor stichtingen.

Belangenverstrengeling en de Governancecode
Uit de Zorgbrede Governancecode 2010 volgt dat elke vorm en elke schijn van persoonlijke bevoordeling of belangenverstrengeling tussen bestuurders en een zorgorganisatie moet worden vermeden. Besluiten tot het aangaan van transacties waarbij tegenstrijdige belangen van leden van de raad van commissarissen spelen die van materiele betekenis zijn voor de zorgorganisatie en/of voor de betreffende toezichthouders, behoeven de goedkeuring van de raad van toezicht. In de consultatieversie voor de nieuwe Zorgbrede Governancecode is het artikel voor de belangenverstrengeling uitgebreid. Het uitgangspunt blijft dat elke vorm of schijn van belangenverstrengeling vermeden moet worden. Dit omdat de schijn van belangenverstrengeling de betreffende persoon en zijn collegae in hun functioneren belemmert en schade kan veroorzaken voor de zorgorganisatie, een belanghebbende of de maatschappij. In de reglementen van de raad van bestuur en raad van toezicht moet worden vastgelegd hoe met (de schijn van) belangenverstrengeling wordt omgegaan. Een bestuurder of toezichthouder moet elke vorm en schijn van belangenverstrengeling terstond melden. Ook moet het bestuur beleid ontwikkelen voor de mogelijke belangenverstrengeling van professionals, managers en medewerkers. Het bestuur ziet er op toe dat dit beleid wordt gehandhaafd en dat (vermoeden van) belangenverstrengeling bij het bestuur wordt gemeld en door het bestuur wordt beoordeeld.

Het onderwerp 'mogelijke belangenverstrengeling' verdient de nodige aandacht. De kwestie bij zorggroep Alliade leert dat NZa en IGZ hier streng toezicht op houden. Ons advies aan u is daarom bij een mogelijke belangenverstrengeling: 'bij twijfel, niet inhalen'.

Juridisch advies, bijstand van een advocaat of meer informatie?
Heeft u vragen over mogelijke belangenverstrengeling? Neem dan contact op met Eelkje van de Kuilen.